U bent hier

Drie Liederen

Drie Liederen

voor mezzo-sopraan en piano
(
2010
)
(op gedichten van Paul Van Ostaijen)

Vers 

Vers 2

Vers 3

(from 'The Feasts of Fear and Agony')

Toen Paul Van Ostaijen De Feesten van Angst en Pijn (1918-1921) neerschreef , zocht hij naar een nieuwe taal die los stond van verhalende betekenis. Door gebruik te maken van kleureninkt en een experimentele bladschikking suggereerde hij dat zijn poëzie niet noodzakelijk iets concreets moest betekenen. Dit principe refereert onlosmakelijk naar abstracte muziek. Wat verklankt muziek immers als zij niet het geluid van natuur (kabbelende beekjes, onweer,...) uitdrukt? Zij drukt uiteindelijk zichzelf uit.

Dit idee is ook van toepassing op Van Ostaijens De Feesten van Angst en Pijn, waarmee ik in 2001 voor het eerst kennismaakte bij het toonzetten van het gedicht Vers 4. Vanaf de eerste lezing hoorde ik muziek in de oren en voelde ik de aandrang om de tekst op een persoonlijke manier te verklanken. Dit vroege werk werd een sleutelmoment in mijn muzikale taal. Voor het eerst doken er seriële procedures op en symmetrische constructies die negen jaar later nog steeds doorsijpelen in de ‘Drie liederen’.

De Drie Liederen zijn gebaseerd op Vers (1), Vers 2 en Vers 3 uit dezelfde bundel. Ondanks mijn uitgangspunt om abstracte muziek componeren die gebaseerd was op een tekst, moest ik soms toch ‘programmatorisch’ te werk gaan. Van Ostaijen roept soms expliciet ‘muziek’ op, door woorden te gebruiken met een muzikale connotatie.

In Vers 2 duikt het dwingende woord ‘Valse’ op. De uitwerking werd geen echte wals, maar enkel de ‘herinnering’ eraan. De typische weense thematiek is nog aanwezig maar wordt volledig uit haar context gerukt en gecamoufleerd binnen andere maatsoorten.

De harmonie van de Drie Liederen valt te verklaren binnen een (eigen) polymodaal systeem. De vorm en vele ritmische passages hebben dikwijls een seriële oorsprong, maar volgen ook nauwkeurig het ritme van de tekst. Maar zoals bij al mijn composities is deze systematiek geen doel op zich en wordt deze enkel aangewend als middel om het oorspronkelijke idee op papier te krijgen. Het doel bleef dus steeds om intuïtieve, natuurlijke muziek te schrijven. Ik hield dus steeds een organisch klinkend resultaat voor ogen.

De Drie Liederen werden in 2012 geïntegreerd in de langere compositie De Feesten van Angst en Pijn.

Tijdsduur
10 minuten
Bezetting
  • Mezzo-sopraan
  • Piano

Creatie

16/11/2010
Antwerpen, De Zwarte Panter
Els Mondelaers - Mezzo-sopraan, Elisa Medinilla - Piano
sabam
280640750